| LICHAAM&GEEST | Ademhalingsoefening - een voorbereiding op meditatie


| Dit is een pranayama-oefening die ik regelmatig 
(...eigenlijk élke les) geef in MYBY.

Pranayama zijn ademhalingsoefeningen: er zijn er velen (Ujjayi is een basis voor yoga) maar deze is simpel en doeltreffend en je kunt hem zonder Ujjayi doen: Nadi Shodanah.

Nadi Shodanah wordt ook wel the alternate nostril breath genoemd. 
Je gaat afwisselend door de beide neusgaten ademen wat een balancerende invloed op de verschillende hersenhelften heeft. De neusgaten staan in verbinding met de nadis (energiebanen) die weer in verbinding staan met de hersenhelften. Ida (yin) & Pingala (yang) zijn samen met Shushumna (die door het midden, door onze ruggengraat loopt) de drie hoofdnadis in ons systeem. (Ons lichaam heeft 72.000 nadis!)

Jouw lichaam regelt dit uitbalanceren zelf, iedere 1,5 á 2 uur is één van de neusgaten dominant maar met Nadi Shodanah kun je dit proces ondersteunen. Want onze nadis kunnen door allerlei oorzaken verstopt raken en met deze pranayama reinig en reguleer je de balans tussen nadis en hersenhelften.

• Ga rustig rechtop zitten zodat de wervelkolom mooi lang en het lichaam stevig is, dat mág in kleermakerszit maar hoeft niet, het belangrijkste is dat je de borstkas (en daarin de longen) zo goed mogelijk de ruimte kan bieden om moeiteloos te bewegen.

• Er zijn verschillende handposities mogelijk (mudras) maar de traditionele is Vishnu mudra. Google maar om voorbeelden te zien. 

• Je gebruikt jouw duim om jouw rechterneusgat af te sluiten, pink & ringvinger voor links.

• Je linkerhand rust op jouw linkerknie (misschien wel in jnana mudra). Zit eerst maar even rustig rechtop en word je bewust van jouw ademhaling. 

• Til nu jouw rechterarm op, rechterhand in Vishnu mudra en plaats je duim (zachtjes!) tegen je rechterneusvleugel. Nu is alleen links open en daar haal je adem door naar binnen. 

• In de kleine pauze tussen de ademhalingen kun je pink & ringvinger tegen de linkerneusvleugel plaatsen, de duim optillen en rustig uitademen door het rechterneusgat. De inademing laat je weer gewoon naar binnen stromen door datzelfde rechterneusgat. 

• In de pauze aan het eind van de inademing, wissel je de handpositie en ademt uit door links. Inademing komt weer binnen door datzelfde neusgat en dan volgt de wissel. 

• Dus je wisselt de handpositie altijd aan het eind van een inademing.

| Probeer het maar eens en merk op wat je "tegenkomt". Ik kan hier eindeloos over schrijven maar jouw eigen ervaring is uniek en het enige belangrijke. Gedachten, verveling, een vermoeide rechterarm (of vermoeidheid op zich) zijn dingen die je enorm kunnen (en zullen) gaan afleiden. 

|| En dat is precies waar je mee gaat oefenen. Blijf geconcentreerd op hoe de ademhaling gaat, volg het ritme en neem al die andere dingen waar. Neem ze vooral niet te serieus. Het gaat niet over hoe lang je het doet/kunt volhouden, dat wordt wanneer je het vaker doet vanzelf anders. Je eindigt weer waar je begonnen bent, uitademend door het linkerneusgat. Dan laat je de rechterhand zakken, ademt weer gewoon door beide neusgaten en voelt even wat deze oefening voor je heeft gedaan.



In principe is het, omdat het kalmerend is voor je zenuwstelsel, een mooie voorbereiding op meditatie.

Geschreven door: Heleen Dankbaar
Geen opmerkingen:
Een reactie posten